Cassatiemiddel
Overuren moeten niet worden meegenomen bij de berekening van het vakantieloon, wanneer geen verplichting tot overwerk bestaat op basis van het Hein/Holzkamm-arrest. De werkgever dient op grond van de arbeidsovereenkomst gerechtigd te zijn het verrichten van overwerk eenzijdig aan de werknemer op te leggen. Hij kan het verrichten ervan ook van de werknemer afdwingen. Deze verplichting tot overwerk zou volgen uit de zinsnede ‘arbeitsvertraglich verpflichtet’ dat aldus kortweg zou terugslaan op overwerk en dus de verplichting tot overwerk.
Advies A-G
Neen, zegt A-G de Bock vandaag in haar advies aan de Hoge Raad.
Zeer vrij vertaald: je moet de betreffende zin van het Hein/Holzkamm-arrest helemaal lezen, meenemende vaste rechtspraak van het HvJ EU dat vakantieloon ‘een spiegel’ dient te vormen van het normale loon dat de werknemer ontvangt.
Het betreffende arrest leest: “Wanneer de uit de arbeidsovereenkomst voortvloeiende verplichtingen van de werknemer vergen dat hij (…) overuren maakt …’. Ofwel: het gaat erom of de werkzaamheden waartoe de werknemer op grond van de arbeidsovereenkomst verplicht is, overwerk vereisen. Dat kan ook het geval zijn, wanneer de werknemer vrijwillig kiest overwerk op zich te nemen.
Niet beslissend is of de werknemer verplicht is om de als overwerk verrichte werkzaamheden te verrichten. Een dergelijke uitleg is niet te verenigen met de vaste lijn in de rechtspraak van het Hof van Justitie, dat de werknemer bij het opnemen van vakantie financieel in een situatie moet worden gebracht die vergelijkbaar is met de perioden waarin hij gewerkt heeft, om te voorkomen dat de werknemer afziet van het opnemen van vakantie omdat hij er dan financieel op achteruit zou gaan.
De betreffende klacht kan daarmee niet slagen volgens de A-G. Het is nu aan de Hoge Raad.
Commentaires